TKH Group heeft de economische wind mee en rapporteerde sterke groeicijfers over het eerste halfjaar. Ook voor de rest van het jaar is de technologiegroep positief gestemd. Het orderboek zit behoorlijk vol en ook de belangrijke bandentak komt langzaamaan op stoom.
Het waren onverwacht sterke halfjaarcijfers die TKH-topman Alexander van der Lof kon melden. Bij alle drie divisies (gebouwen, telecom en industrie) kon het technologiebedrijf betere cijfers overleggen. Er was sprake van (herstel)groei die vooral in het tweede kwartaal momentum kreeg met een organische omzetgroei van bijna zeventien procent.
Die groei ging gepaard met stijgende marges, waardoor het bedrijfsresultaat (EBITA, winst voor rente, belasting en amortisatie) over het eerste halfjaar uitkwam op 84 miljoen euro tegen 69 miljoen euro in dezelfde periode vorig jaar. Dat was ruim 10 miljoen meer dan door analisten verwacht.
TKH maakt onder meer systemen voor camerabewaking en beveiligde communicatie voor de telecom-, bouw- en industriesector.
Goed gevuld orderboek
Van der Lof toonde zich in een toelichting op de cijfers tevreden over de comeback van het concern. Voor de tweede jaarhelft verwacht TKH het groeitempo vast te houden, zeker nu de economie meezit. Desgevraagd meldde Van der Lof het organische groeicijfer van 5,8 procent dat TKH in de eerste jaarhelft haalde (het groeicijfer exclusief overnames, desinvestering en wisselkoerseffecten) ten minste te zullen evenaren.
Die prognose lijkt niet overoptimistisch, een verwijt dat TKH in het verleden nog wel eens gemaakt werd als het de lat weer eens te hoog had gelegd. Maar in dit geval is dat vermoedelijk toch anders, temeer vanwege het goed gevulde orderboek dat ten opzichte van vorig jaar met bijna 50 procent, ofwel 937 miljoen euro, gegroeid is. Die nieuw ontvangen orders zouden zich normaal gesproken grotendeels binnen twaalf maanden in omzet moeten vertalen.
Het merendeel van de nieuwe opdrachten betrof zeekabels voor windmolenparken, optische sensoren en machines voor autobanden.
Het herstel volgde op een zwaar 2020 voor het technologiebedrijf, waarin het werd geteisterd door tegenwind in eindmarkten zoals luchthavens, parkeergarages en autobanden. Door de lockdowns in Europa, en in het bijzonder in Frankrijk, liep ook de uitrol van glasvezel vertraging op, wat het bedrijf parten speelde in zijn telecomdivisie.
Vraag naar bandenmachines trekt aan
Met name de nieuwe orders voor autobandmachines komen op een gunstig moment. De activiteit is kapitaalintensief en TKH begeeft zich hier in een markt met een hoge concurrentiedruk, niet bepaald een markt waar TKH zich van nature thuis voelt.
Het uitblijven van orders (met name die van de ‘big-5’ bandenproducenten) was lange tijd juist een reden tot zorg. TKH investeerde recent namelijk veel geld in de ontwikkeling van een nieuw, naar eigen zeggen, revolutionair nieuw bandensysteem (UNIX).
Dat Van der Lof nu kon melden dat de vraag uit Azië en ook van de big-5 langzaam weer aantrekt, zegt iets over het gunstigere economische sentiment dat producenten nu blijkbaar wel over de streep trekt om capaciteitsinvesteringen te doen.
Het UNIX-systeem zelf is nog allesbehalve klaar. Volgens Van der Lof is het systeem - als geheel - nog niet gereed voor een grootschalige uitrol. Dat had volgens de topman alles te maken met vertragingen die voortkomen uit covid-19.
Desondanks komen de orders voor dit nieuwe systeem dus langzaamaan op gang, waarbij TKH aan klanten alvast delen van het nieuwe systeem levert. Deze modulaire aanpak, zoals Van der Lof het noemt, zou uiteindelijk in 2022 genoeg kennis en ervaring moeten opleveren om in dat jaar de volledige systemen te kunnen leveren waar alle kinderziektes uit zijn.
Strategische doelen weer in zicht
De gunstige ontwikkelingen brengen ook de strategische doelen weer binnen bereik. Voor de operationele marge, die TKH berekent op basis van het ebita-resultaat, mikt het bedrijf voor de lange termijn op vijftien procent. Dit halfjaar kwam dat cijfer uit op 11,6 procent tegen 10,2 procent vorig jaar.
Voor heel 2021 denkt TKH door de verbeterde marktomstandigheden en het goed gevulde orderboek uit te komen op een nettowinst tussen de 106 en 112 miljoen euro, tegenover 70,3 miljoen euro in 2020.
In de eerste jaarhelft is daarvan inmiddels 40 miljoen euro gerealiseerd. Analisten verwachten een dividend voor heel 2021 van circa twee euro per aandeel. Beleggers konden het goede nieuws waarderen en zetten het aandeel na de cijferpublicatie zo’n 15 procent hoger naar 52 euro.